logo

Het mysterie van de zetpil.

De meeste vissermannen krijgen er last van naar mate zij lange tijd hun beroep uitvoeren. Visserman kwaaltjes. Spieren die vast gaan zitten, wervels die gaan kantelen, pezen die gaan ontsteken of knieën die afraken. Dit is nog maar een kleine opsommingen van pijntjes die vaak bij vissermannen voor komen.

De meer gespierdere vissermannen hebben mazzel dat de kwaaltjes jaren weg kunnen blijven. Sommige hebben de pech dat hun rug al naar 8 jaar begint te kraken. Het is ook redelijk normaal dat er melding wordt gemaakt, door de Visserman zelf, wanneer er een spierkwetsuur of iets anders de kop op steekt.

Veelal worden er dan potjes zalf of spierverslappende pilletjes uitgewisseld wanneer een visser met pijn niets bij zich heeft. Is de nood en pijn zo hoog kan er nog een beroep worden gedaan op de medicijn kist die de schipper tot zijn beschikking heeft.

De medicijnkist is van alle gemakken voorzien, van antibiotica kuurtjes, morfine, anti depressie pillen, kilometers verband en zelfs (geen geintje) condooms zijn aanwezig. Het komt maar zelden voor dat er gebruik wordt gemaakt van de medicijnkist, tenzij de schipper iets te verbergen heeft voor zijn vrouw en bemanning.

Om de 2 jaar wordt de kist gecontroleerd door de plaatselijke apotheker. De spullen die over hun datum heen zijn worden omgewisseld voor nieuwe spullen. Ergens is het weg gegooid geld wanneer die kist te keuren is geweest. Des betreffende medicijnen worden amper tot zelden gebruikt en toch moeten er weer nieuwe betaald worden. Ze moeten zelfs aan boord zijn want dat is wettelijk zo bepaald. Ergens is dat ook wel logisch. Gelukkig heb ik het nog nooit mee gemaakt dat iemand een ledemaat verloor maar dan lijkt het mij inderdaad goed dat er morfine aan boord is om de pijn voorlopig te stillen.

Ik heb wel een keer mee mogen maken dat een collega van mij een acute slijmbeurs ontsteking kreeg. Half in de week kreeg hij pijn in zijn schouder die pas na, wat hij toen nog niet wist, 6 weken weer weg zou gaan. De beste man kermde van de pijn. Hij moest de werkzaamheden gewoon staken omdat hij niet meer kon. Alles wat hij wilde doen deed pijn. Zelfs als hij niets deed had hij last van zijn schouder.

Het was zelfs zo erg dat hij niet eens meer kon slapen. Juist dat gene waar hij kampioen in is kon hij niet meer doen. De pijn werd telkens heftiger, pijnstillers hielpen hem niet. We hadden het te doen met onze collega toen we hem zoveel pijn zagen lijden.

Na een korte discussie onder de bemanning en schipper, die niet van plan was om naar de haven terug te keren, raden we de visser aan dat hij toch maar even zijn huisarts moest bellen. Misschien dat hij nog een aantal adviezen had voor hem. Misschien wel een pilletje tegen de pijn die toevallig in de medicijnkist kon zitten.

Met een lijst voor zijn neus waar de inhoud van de kist op stond belde hij zijn dokter. De verbinding was slecht en de visser kwam amper uit zijn woorden. Na een moeilijk gesprek kwam hij aan de weet dat hij diclofenac zetpillen mocht nemen. Daarmee moest hij de laatste twee dagen uitzingen.

Aangezien de visser met pijn niet de aller slimste van het stel was, vertelde we hem nog even dat hij die grote raketten niet via zijn mond moest in nemen maar in zijn achterste moest stoppen. Verbaasd keek hij ons aan alsof we een sprookje vertelde.

In eerste instantie nam hij ons totaal niet serieus. Pas toen wij de bijsluiter aan hem lieten zien wist hij dat het geen sprookje was.

‘Kom op jongen. Ga in je kooi liggen en druk hem erin of doe het op de wc. Je kan er alleen maar van opknappen.’  Gebood de oudste aan boord de visser met pijn. Zonder iets te zeggen liep deze er van door om de zetpil naar binnen te werken.

Na een aantal minuten zat de visser met pijn weer bij ons in de kombuis.  Verdwaasd zat hij wat om zich heen te kijken zonder iets te zeggen. Zijn manke arm hield hij in de hoogt zodat hij er minder last van had.
‘Gelukt?’ Vroeg een van mijn collega’s.
De visser met pijn knikte alleen maar.

Nadat wij weer de netten hadden geleegd en de vangst hadden verwerkt raakte de oudste van het stel naar de wc. De beste man nam hier altijd ruim de tijd voor door op zijn gemak een krantje te gaan zitten lezen. Dit keer was hij sneller terug dan normaal. Iedereen keek hem aan terwijl hij met een grote glimlach in de deuropening stond van de kombuis.

Zonder dat wij het door hadden had hij aan een hand zijn handschoen aangetrokken, zijn vuist was gebald waardoor wij merkte dat hij daar iets in vast hield.
‘Wat heb jij met de zetpil gedaan?’ Vroeg hij aan de visser met de slijmbeurs ontsteking.
‘Wat je er mee hoort te doen.’ Was zijn antwoord.
De oudste stapte naar binnen en legde voor de neus van de manke visser de zetpil op tafel.

De arme visser zijn ogen werden zo groot als die van een uil. Hij zei helemaal niets en staarde alleen maar de zetpil die voor hem op tafel lag.
‘Ik weet niet wat jij in je achterste heb geduwd maar dat was niet dit pilletje vriend. Deze kwam onder de krant die op de wc lag vandaan gerold. Dus vertel!’

De hele bemanning lag in een deuk van het lachen toen ze zetpil en het hoofd van de onfortuinlijke visser zagen.
‘Ik had wel me handschoenen aangetrokken.’ Was het enige wat de visser met pijn erover heeft gezegd voor de rest heeft hij, waarschijnlijk van schaamte, gezwegen.

Die 6 weken die hierop volgde zijn.er onderling natuurlijk veel geintjes gemaakt over het voorval van de visser met zijn zere schouder. Toen hij weer hersteld was van zijn kwetsuur bleef hij hier over zwijgen waardoor ‘het mysterie van de zetpil’ was ontstaan.

facebook

Webservice door: TexelOnline.com